De andere vrouwen
Capo 3
Voorspel: Am
Am Am7 Dm
de andere vrouwen hebben lijven
E7 Am
ze zijn de feesten van de stad
Am7 Dm
ze zijn te fraai om te beschrijven
E7 Am
ze kruisen her en der mijn pad
A7sus4 A7 Dm
ze schrijden in hun dunne kleren
Dm7 G7 C
als meesteressen van ‘t gebied
Gm6 A7 Dm
en laten zich volop begeren
F G7
maar jouw ogen
C
jouw grijze ogen
E7 Am
hebben ze niet
de andere vrouwen kunnen koken
prinsessen van de appeltaart
‘k heb in hun keukens vaak geroken
hun entrecotes, hun ossenstaart
ze roeren lachend in hun pannen
tov’ren met braadslee en vergiet
en voor hun sauzen vallen mannen
maar jouw ogen
jouw grijze ogen
hebben ze niet
de andere vrouwen kunnen zingen
of spelen blokfluit of spinet
ze weven lappen, smeden ringen
of timmeren hun eigen bed
ja ze zijn zus of zo godinnen
- een blindeman die dat niet ziet –
en ze zijn klaar om te beminnen
maar jouw ogen
jouw grijze ogen
hebben ze niet
moet men de andere vrouwen strelen
- gesteld dat ze dat willen dan –
in buien van “wat kan ‘t me schelen,
wat komen moet, dat komt ervan”
ja waarom zou een man het laten
nu geen moraal het meer verbiedt
het is te dom om van te praten
maar jouw ogen
jouw grijze ogen
E7 A
hebben ze niet
maar jouw ogen
jouw grijze ogen
E7 Am
hebben ze niet