Vader
Capo 3
Em
Am
als kind werd ik geïmponeerd
D
G
als ik jouw hemd zag op een stoel
C
Am
zo groot, zo wijd en zo volleerd
Em
het gaf me een vertrouwd gevoel
Am
als jij met ongebarsten stem
D
G
de liedjes zong van Hullebroeck
C
Am
dan voelde ik: alleen bij hem
Em
B
vind ik de zekerheid die ik zoek
Em
vader
hoe groot en breed jouw warme hand
vol berg en dal kanaal en kloof
het ging haast boven mijn verstand
die hand, mijn rots, mijn vast geloof
jouw geur van scheerzeep en aluin
jouw rijbroek, je gereedschapstas
de kroeskrans om je bruine kruin
ik wist dat jij het leven was
vader
als ik door boze droom geplaagd
haast tuimelend het bed uitvlood
dan voeld’ ik me niet meer belaagd
diep weggekropen op jouw schoot
ik wist: die hier zit kent geen angst
hij twijfelt nooit, hij kan het aan
ik voelde: vader duurt het langst
de loodsman van mijn klein bestaan
vader
en nu je oud bent en verzwakt
en wat droefgeestig naast me zit
je brede schouders afgezakt
je werkeloze handen wit
ook nu ik je onzeker zie
proef ik nog altijd in jouw woord
de ongebuilde poëzie
die mij als kind al heeft bekoord
vader
en door jouw brede vader zijn
weet ik wat mijn zoon nu verwacht
diezelfde troost bij kleine pijn
diezelfde zekerheid en kracht
maar ook besef ik nu pas goed
echt zeker is geen enkel man
zodat een vader zeker doet
omdat zijn zoon niet zonder kan
vader